Afgelopen weekend weer heerlijk zitten lezen in From the Cradle to the Thombstone, een kloek naslagwerk over het wilde westen en zijn bewoners. In een van de voetnoten trof ik een vreemde naam aan: Crappo Dappo. Ik ben me wat gaan verdiepen in deze vreemde snuiter en wat bleek? Egbert W. Dappo was een gevaarlijke idioot met een groot gebrek: hij was zeer hardhorend. Vanwege die kwaal had Dappo snel het idee dat iemand hem voor de gek hield en sloeg hij er regelmatig op los. 'It ain't no crap, Dappo' riepen de mensen dan, maar vaak was het te laat en had een onschuldige omstander al een knoerdharde muilpeer te pakken. Achter zijn rug, daar waar zijn oren geen bereik hadden, werd Dappo door de mensen 'Crappo' Dappo genoemd. Dat heeft Dappo uiteraard nooit geweten. Na zijn overlijden eerden de dorpsgenoten, die allemaal wel eens op hun kop waren getimmerd, Dappo met een toepasselijk grafschrift.
Bij leven en welzijn was ik bijna doof
en kon ik niet fatsoenlijk horen
hier, onder de grond, weet ik hoe het komt
daar kruipen de maden uit mijn oren
Countryman Ray
Geen opmerkingen:
Een reactie posten