Carnaval is niet echt een onderwerp voor in oktober en klinkt ook niet bepaald logisch in het kader van het wilde westen, maar toch: er werd op de prairie wel degelijk carnaval gevierd. Uit een country-studie van de universiteit van Tallahassee Florida bleek dat er in de roemruchtste jaren van het wilde westen, halverwege de negentiende eeuw, enorme optochten waren. Praalwagens, koetsen, uitgedoste mensen, verklede indianen; alles wees op carnavaleske toestanden.
In een degelijke beschouwing over carnaval, geschreven door Humbert Porridge, komt ene R.E. Benz uit Hoover Lake in voor. Hij zou de carnaval hebben meegenomen uit Europa. Gaan er bij u al belletjes rinkelen? Hoover Lake, dat lijkt toch precies op Hoevelaken? Vandaar dat dit gedicht gaat over de invloed van Nederlanders bij de viering van carnaval ten tijde van het wilde westen.
Wij vieren feest
dus weg met de malaise
En Lennard schiet Pointdexter
van dichtbij in z'n schouder
dat geeft herrie
van hier tot Ootle Dunk
De sheriffs hebben pauze
we zetten alle deuren op een kier
In de saloon bouwen wij een feestje
We schieten, remmen los en geef me nog een bier!
Hé tante, schiet jij maar met je sloffen
Dan schiet ik er wel wat looien achteraan
En drinken gaan we, als we kunnen poffen
Dus dwingen we de kroegbaas tot het mag
Wij vieren feest
dus weg met de malaise
En Stanley grijpt de colt
van de sheriff uit zijn broekzak
Wij gaan weer lachen
het wordt een dolle boel
2x
Countryman Ray
maandag 25 oktober 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten