Dit gedicht gaat over de grootsheid van de prairie in vergelijking met de wereld om ons heen. Soms, als ik de krant lees, overvalt me een gevoel van machteloosheid. Al die ellende, al dat onrecht, al dat gemeet met twee maten: ik vind het vreselijk. Iedereen mag zijn eigen land hebben, iedereen verdient een plekje aan de creek, dat vind ik. Maar ja, sinds de cowboys in Amerika zijn verjaagd, is de wereld raar en onvoorspelbaar geworden. We hebben nu zelfs een kernbom in Noord-Korea, nou, dat was er nooit geweest als de cowboys er nog waren!
De prairie in zijn oneindigheid
geeft de gedachten de ruimte
de grootsheid van het alles
en tegelijk het nietige ervan
de prairie herbergt alle uitersten
zoals de wereld om ons heen
oorlog en vrede
voors en tegens
winnaars en verliezers
we zijn de dieren van de prairie
en de prairie in zijn oneindigheid
is de brenger van onze toekomst
we denken groot
klein zijn we
en tippen kunnen we nooit
aan de prairie
Countryman Ray
woensdag 27 mei 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten